“Kokosolie is een wondermiddel”, “Van chocola word je slimmer”, “Glucose-fructosestroop is vergif”. Zulke uitspraken zie je vaak op internet, in tijdschriften en kranten voorbijkomen. Een paar jaar geleden wilde ik die dingen graag geloven, inmiddels word ik er doodmoe van. Hoe zit het nou ècht met voeding? En wat zijn de grootste uitdagingen op het gebied van voeding en gezondheid?
Met deze vragen ging ik op 16 december naar het symposium ‘Onbezorgd Smullen van Vlees, Vis, Groente en Fruit; Kan dat nog?’ aan de Universiteit van Maastricht.
Een lange titel en een lange treinreis voor een lang, maar ontzettend boeiend symposium. Na afloop was het voor mij een stuk helderder hoe we bewuster met voeding om kunnen gaan en hoe je betere keuzes kunt maken. De conclusie: niet vegan, paleo of raw, maar vooral meer gevarieerd en duurzamer.
De goeroe voorbij
“Media maken dingen veel groter dan ze daadwerkelijk zijn. Dat werkt stress en complotdenken in de hand.”
De dag begon goed met deze toepasselijke uitspraak van professor Aalt Bast. Hij gaf aan dat veel media, gezondheidsgoeroes en boeken zich schuldig maken aan reporting bias. Er wordt dan een selectie gemaakt van onderzoeken die een bepaalde stelling bevestigen, andere onderzoeken worden bewust weggelaten.
Ook volgens professor en organisator Fred Brouns is het noodzaak om ons niet te laten leiden door tegenstrijdige berichten in de media, al die bangmakerij is nergens goed voor. Ondanks dat de voedselveiligheid hoger is dan ooit, is er juist veel angst over wat gezond is. Dat was voor hem de belangrijkste reden om dit symposium te organiseren en experts van verschillende vakgebieden erbij te halen.
De grootste uitdaging op voedselgebied
Volgens de VN hebben we in 2050 twee keer zoveel voedsel nodig als nu. Er zijn dan naar schatting ongeveer 2 miljard extra mensen op aarde. De voedselprijzen zullen hierdoor steeds verder stijgen, net als de voedselproductie natuurlijk. Alleen, als we voedsel blijven produceren zoals we dat nu doen, ontstaan er onoverkomelijke problemen.
Eén van die problemen is de vleesproductie en het bijbehorende veevoer. Professor Harry Aiking gaf een heldere illustratie van de huidige omvang van de veeteelt: “Als je al het gewicht van de gewervelde dieren op aarde bij elkaar optelt, dan is 65% daarvan vee en 30% mens.”
De vleesproductie is bovendien zeer vervuilend voor het milieu, vanwege de verstoring van de stikstof- en koolstofkringloop en het verlies in biodiversiteit. Volgens professor Arnold van Huis is er over dertig jaar niet voldoende land voor de huidige vorm van veeteelt, dus moeten er alternatieven worden gezocht.
Een vis-cieuze cirkel
Een soortgelijk probleem is de visproductie. In Nederland eten we relatief weinig vis, ongeveer 100 gram per week. Maar vis zorgt in andere delen van de wereld, waaronder in Afrika, voor het levensonderhoud van ongeveer 800 miljoen mensen. Professor Johan Verreth noemt vis ook wel ‘het eiwit van de arme delen van de wereld.’
De zeeën worden op dit moment al maximum bevist, maar zullen volgens professor Verreth niet worden leeggevist. Kweekvis is daarom vooral de toekomst, naar verwachting moet deze productie verdubbelen in de komende 15 jaar. Het visvoer is echter nog een zware belasting voor het milieu. Vaak wordt er vis gebruikt in visvoer, waardoor er nog meer vis moet worden gekweekt. Een vicieuze cirkel.
De oplossing?
Mogen we dan helemaal geen vlees en vis meer eten? Nee, volgens de experts is dat niet nodig. De gezondheidsvoordelen van vlees en vis wegen nog steeds op tegen de nadelen. De gevaren van antibiotica en zware metalen in vlees en vis vallen heel erg mee, dat is vooral mediaspektakel.
Toch is het geen excuus om iedere week kilo’s spareribs en plofkip weg te werken. Er moet verandering komen in onze consumptie, dat is duidelijk. Volgens professor Aiking is daar nog veel innovatie voor nodig. Hierbij spelen de overheid, industrie èn de consument een belangrijke rol. Plantaardig eiwit en duurzamere productiemethoden zijn volgens hem de oplossing voor een meer duurzame voedselvoorziening.
Professor Brouns verwacht dat de voeding anno 2020 is verschoven naar minder suiker, zout, calorieën en verzadigd vet en meer plantaardig eiwit. In Nederland eten we op dit moment echter het minst plantaardig eiwit van heel Europa, terwijl we de meeste zuivel eten. Een omslag is dus niet makkelijk, maar wel mogelijk als we plantaardig eiwit toegankelijk en lekker maken.
Alternatieven
Eiwit hebben we nodig, dat is duidelijk. Volgens professor Luc van Loon “ben je wat je zojuist gegeten hebt”, waarmee hij doelt op directe toename van de eiwitsynthese in je spieren na het eten van een eiwitrijke maaltijd. Als je daarbij ook nog regelmatig beweegt, worden onze spieren nog gevoeliger voor de anabole werking van voeding. Om gezond oud te worden, is voldoende eiwit en voldoende beweging essentieel.
Dierlijk eiwit is het makkelijkst voor ons lichaam om op te nemen en bevat bovendien vitaminen en mineralen die we nauwelijks uit andere bronnen kunnen halen.
Het Voedingscentrum (naar eigen zeggen volledig afhankelijk) adviseert dan ook om 500 gram vlees per week te eten, waarvan maximaal 300 gram rood vlees. Dit betekent dat je ongeveer drie tot vier keer per week vlees kan eten. Daarnaast adviseren ze om 1 keer per week vis te eten, omdat dit veel gezondheidsvoordelen met zich meebrengt.
Zware metalen, zoals kwik, in vis wegen daar niet tegen op. Je zou namelijk 117 tot 938 kilo tonijn moeten eten voor een kwik vergiftiging, stelt professor Ingeborg Brouwer.
Plantaardig = aardiger
De andere dagen kunnen worden dus gevuld met plantaardige eiwitrijke producten, zoals peulvruchten, noten en paddenstoelen. Tijdens het symposium kwamen ook nog andere alternatieven aan bod, zoals vleesvervangers, insecten en algen.
Vleesvervangers zijn, volgens Astrid Postma-Smeets van het Voedingscentrum, vaak nog geen volledige vervanger voor vlees, omdat het een andere verhouding van zout, verzadigd vet, vitaminen en mineralen bevat.
Algen en insecten zijn interessante voedselbronnen voor de mens, maar ze zijn beiden vooral veelbelovend als duurzame voeding voor vee- en visteelt. Er zijn echter nog veel uitdagingen, zoals wetgeving bij insecten en het goedkoop produceren van algen.
Onbezorgd smullen, kan dat nog?
Naast alle experts op het symposium, gaven vier chefkoks een klein kijkje in hun wereld. Hoe kijken zij naar al die hypes, maar ook de serieuze uitdagingen? Volgens Hans van Wolde, sterrenkok bij restaurant Beluga, is de trend van 2017 vooral lekker koken, het liefst met lokale ingrediënten.
Dat beaamt Fred Brouns ook toen ik hem na afloop van het symposium even sprak (zie video hieronder). Naast lekker eten, zijn variatie en niet teveel eten zijn belangrijkste uitgangspunten. Minder vlees, regelmatig vis en meer plantaardig eiwit, groenten en fruit; dat is waar het volgens hem om draait.
Hopelijk komen daar in de toekomst steeds duurzamere oplossingen voor, zodat in 2050 iedereen voldoende kan eten en zonder dat het ten koste van de aarde gaat. Na de lezingen ben ik in ieder geval positief gestemd, de ontwikkelingen gaan razend snel.
Mijn visie
Die nuchtere kijk op voeding lucht op. Ik geloof inmiddels niet meer in een perfect dieet of dat bepaalde producten wondermiddelen zijn. Het gaat vooral om, wat voedingswetenschapper Ingeborg Brouwer mooi zei, het gehele voedingspatroon en leefstijl. Je kan (en hoeft) niet altijd de beste keuzes maken, maar een beetje bewuster kan wel. Voor onze gezondheid, maar ook voor de toekomst.
Voor mij was dit symposium een duidelijke bevestiging van wat ik al dacht. Gevalletje reporting bias? Misschien wel. Maar aan de andere kant geloof ik eerder wat al deze wetenschappers en experts na jaren onderzoek zeggen dan wat er op social media staat. Niet zo sexy, maar het slaat in ieder geval ergens op.
Daarom heb ik besloten vanaf nu minder vlees te gaan eten en vaker te kiezen voor plantaardige vervangers. Ik ga me eens verdiepen in de wereld van de peulvruchten, want die eet ik niet zo vaak. Dat was destijds vanuit de overtuiging dat ze niet werden gegeten door de oermens, maar ook dat is maar één (halve?) kant van het verhaal.
De nadruk ligt bij het paleo dieet sterk op dierlijke eiwitten en dat is toch een stuk minder duurzaam dan ik dacht. Ook al zijn er hele mooie initiatieven zoals lokaal grasgevoerd vlees, ik denk niet dat dat een antwoord op het probleem is. Zeker niet als er nog eens 2 miljard meer mensen op aarde leven.
Mijn eetpatroon is daarom inmiddels minder rechtlijnig en komt uiteindelijk uit bij ‘gevarieerd en niet teveel’. Geen duidelijk dieet of stroming dus. Misschien lastiger te verkopen, maar wel een stuk langer houdbaar!
Benieuwd naar het symposium? In onderstaande video laat ik een impressie zien van de dag en spreek ik kort met Prof. Fred Brouns over de inhoud van de dag en zijn visie daarop.
Wat is jouw visie op voeding? Hoe kijk jij aan tegen de grote uitdagingen van de toekomst?
Hoi Susan,
Wat een geweldig stukje! Naast de dieetgoeroes die we uit de media kennen, kunnen ook bekende paleo-personen nogal dogmatisch zijn. Eerst ging ik mee in dat goed/fout-denken, maar de laatste tijd voelt dat niet meer goed. Van een krentenbol zo nu en dan ga ik echt niet dood en mezelf toestaan om er een te eten levert me minder stress op dan het me te verbieden. Nuchter omgaan met eten en overall bewust is denk ik veel gezonder. Dank voor het delen van de info!
Dank je wel en helemaal mee eens! 🙂
Goed verslag hoor! Leuk om te lezen ^-^
Mijn visie is denk ik dat het belangrijk is om genoeg zuren (en bitters) ook binnen te krijgen en te matigen in het zoete (moeilijk! :p). Dus variatie op die fiets.
Lekker aan de droge wijn, zuurkool, witlof, grapefruit, augurk, zilveruitjes en citroenen.
Dat ‘alles met mate en gevarieerd eten’ (niet hetzelfde wat jij noemt) wat je vaak hoort vind ik zelf lekker algemeen en niet zoveel zeggend. Wie bepaalt er ook wat met mate is en dat is ook aan tijd onderhevig :p Nu is het maximaal aantal eieren, ik noem maar wat, 3 eieren per week maar misschien is dat over 10 jaar wel 2 eieren per dag (kom je erachter dat je 10 jaar het verkeerde hebt nagestreefd :D). Net als een wijntje bij het eten en ’s avonds nog een borrel, je kan het met mate noemen want je mag nog rijden maar volgens mij kan je met 15 glazen per week ook weer in de hoek van alcoholist worden gezet (klinkt toch minder positief haha).
De leuze zegt vaag meer over hoe vaak je iets eet en afwisselt dan wat je eet, maar het geeft opzich wel aan dat je dat dus belangrijk vindt.. maar je kan natuurlijk zoveel dieper erop ingaan.
Er valt wel meer te zeggen als je naar specifieke voedingsmiddelen kijkt en daar begint de warboel en de verdeeldheid en misschien de inspiratie voor nieuw onderzoek 😀
Wetenschap is belangrijk maar zegt in mijn ogen niet alles. Nieuwe informatie kan weer andere adviezen opleveren. (Zoals je nu de invalshoek van duurzaamheid of oermens gebruikt of dat ze ontdekte dat eieren helemaal niet zo slecht waren als men eerder dacht). Naast wetenschap lijkt je eigen gevoel/idee/bevindingen dan ook belangrijk.
Ik denk dat er wel verschillen zijn in wat positief en negatief voor je lichaam werkt en dan niet zozeer per persoon (wat ook in mate kan verschillen), maar dat er voedingsmiddelen zijn die voor iedereen positief of negatief zijn. Of dat het afhangt van de combinatie: bepaalde negatieve voedingsmiddelen verliezen het schadelijke component in combinatie met iets anders.
Voedingsmiddelen kunnen super voedzaam zijn maar toch iets negatiefs doen (wat wellicht nog ontdekt moet worden). Aan de hand daarvan eet ik bepaalde voedingsmiddelen weinig of liever niet of in een bepaalde combinatie en eet ik de ander juist meer.
Ook geen dieet of stroming dus :p Kan me wel in de vakjes brood-, vlees- , zuivel- en aardappeleter zetten, dat zegt tegenwoordig ook al wel wat haha 😉
(Volgende keer reageer ik wel gewoon kort )
Mee eens dat wetenschap ook lang niet alles zegt hoor! Er komt steeds weer nieuwe informatie bij, we weten nog lang niet alles. En het is ook heel belangrijk om te kijken naar eigen voorkeuren, gevoel en bevindingen. Zo kan ik bijvoorbeeld niet goed tegen nachtschades, terwijl die ook als heel gezond worden gezien. Ik denk dat variatie vooral belangrijk is om voldoende voedingsstoffen binnen te krijgen, maar dat je dan alsnog zelf kunt beslissen op welke manier je varieert.
Er zijn alleen ook een heleboel mensen die niet zo bewust met voeding bezig zijn, die eten vaak heel eenzijdig. Daarom is een algemene richtlijn wel nodig, daar is het Voedingscentrum voor. Het is inderdaad heel algemeen, maar dan heb je in ieder geval iets om je aan vast te houden. En ja, sommige dingen zijn in het algemeen minder goed voor de mens. Als je dat maar niet te vaak eet, kan dat ook geen groot kwaad denk ik. Genieten is ook belangrijk. 🙂